In 1866 woedde de runderpest in Rijnland. Gertjan Moers beschrijft hoe men daarmee (en met andere veeziekten) omging in Zoetermeer/Zegwaard. Een mooi, informatief voorbeeldartikel, nieuw in de artikelenbank.
Veearts was in de 19eeeuw een nieuw beroep. Voordien – maar ook later – riepen de boeren de hulp in van, zeg maar, ervaringsdeskundigen, kwakzalvers in de ogen van de professionele veearts. Hierover gaat het lezenswaardige artikel van Gertjan Moers in ’t Seghen Waert, het blad van Historisch Genootschap Oud Soetermeer. Het artikel spitst zich toe op de runderpest die in 1865 Zegwaart bereikte en die van 1865 en 1866 ware rampjaren maakte. Voor Zoetermeer en Zegwaart, maar ongetwijfeld ook in de andere veeteeltgebieden in Rijnland.
Mede daarom is dit artikel ook zeer interessant voor andere plaatsen in Rijnland. Het is een mooi voorbeeldartikel over hoe het eraan toeging in het negentiende-eeuwse veenweidengebied, eigenlijk een onderwerp waarover tot op heden nog erg weinig geschreven is. Behalve dat het een voorbeeld is, biedt het artikel ook de nodige informatie over hoe de veeartsenij zich in deze periode ontwikkelde, zich een plaats verwierf, maar daarbij op de nodige weerstanden stuitte onder de traditionele veeboeren. Die weerstand liep soms hoog op, zeker tijdens de runderpest, die door de traditionele boeren vooral als een straf van God werd gezien. En ondanks de opmars van de wetenschappelijke veearts, zouden veeboeren nog lang vertrouwen op ‘koehelpers’ en ‘paardendokters’.
Klik hier voor een link naar het artikel.